woensdag 15 december 2010

Sinterklaas, karma en elektriciteit.

Geachte lezer, ik heb een klacht. 

Ik heb een vraag, een eis, een aanklacht tegen de Franse maatschappij. Breng Sinterklaas naar Frankrijk. Stemmen via 49000 of de rode knop. Verdorie. Wéken heb ik uitgekeken naar chocoladen figuurtjes, naar marsepeinen varkentjes, naar pepernoten in excessieve hoeveelheden, naar letterkoekjes en suikertorentjes. Niets van dat alles te vinden. Adventskalenders en wat overschotjes van Halloween-snoep, dat wel. Op kot vroeg ik aan de andere meisjes: Est-ce que vous ne fêtez pas Saint-Nicolas? Algemene verbazing alom, enkelen waagden zelfs te vragen wat dat was. Zucht. Ik had al wel begrepen dat het niks zou worden. Enkel Alexia kent een soort Sinterklaas, maar zij woont dan ook bijna in Duitsland, waar ze die blijkbaar wel kennen. 'k Had van mama en papa en Timtam wel marsepein en speculaas gekregen -waarvoor dank-, maar die was helaas vóór 6 december verdwenen. Ach, ik heb al zoveel gemist dat een Sinterklaas minder niet zo'n ramp is. Klinkt erg zielig. Is het ook. 

Ik had nochtans hoop gekregen, in de vorm van sneeuwvlokjes. De week voor Sinterklaas was het hier prachtig... Bitter koud -voor Angers dan toch-, stralende zon, 's avonds sneeuw. Een sprookje, zo leek het wel, ik kon Slecht-Weer-Vandaag al door de straten horen wandelen, ik hoorde de staf tegen de grond tikken en intussen bevroren mijn tenen, maar 'k had het ervoor over. 

De voorbije weken heeft het hier niet enkel gevroren dat het kraakte, mijn hoofd kraakte ook serieus. Ik heb onwaarschijnlijk goed gewerkt en de resultaten mochten er dan ook zijn (daar zit inderdaad een oppepper voor het ego tussen de lijntjes). De bibliotheek bleek mijn warme werkplekje. Warm, ja. Op kot was het minder warm. Enkele weken geleden sloegen onze stoppen door. Enfin, de zekeringen. En daarna ook onze eigen stoppen. Alle elektrische apparaten uitschakelen en een voor een weer aanzetten, een minuut gelukkig zijn en dan weer van voor af aan beginnen. Wakker worden zonder wekker, klaarmaken zonder licht en zonder verwarming, ontbijten zonder koffie of toast*. Niet leuk. Volgens de eigenares -die overigens niet thuis was, maar doodleuk een bericht achterliet op Alexia's voicemail- was het onze eigen schuld en verbruikten we teveel elektriciteit. Ik dacht het niet. Maar het is weinig zinvol om met onze huisbazin te discuteren, dus knikten we braaf en zetten onze verwarming nog wat lager of helemaal uit. Lekker fris, met die vriestemperaturen. Ik verkaste dus tijdelijk naar de bib en verzette daar enorm veel werk, nam af en toe een heerlijk filmische koffiepauze (denk aan een oud schoolgebouw, een half verlicht parkje errond, een beker hete koffie in je hand en een korte wandeling door de sneeuw). Blijkbaar was het toch niet genoeg werk. Ondanks een -naar mijn normen verbazingwekkend goede- planning was ik op donderdagavond een zenuwinzinking nabij. Bachelorpaper, Duitse literatuur, commercieel Duits, alles moest er op één nacht nog aan geloven. En het was geen leuke nacht. Maar ook de nacht ging voorbij, en daarna nog één met wat meer slaap en nog één met wat minder slaap en nog één, en voor je het weet een hele week. 

*bij gebrek aan beter brood heb ik hier Pain de mie om te roosteren. Niet lekker als je het zo eet. Echt niet.

Ergens in die voorbije week waren we (iedereen die in Rue Volney 9 woont) uitgenodigd op het 'pre-kerstfeest' bij Mr et Mme Pélouard, de eigenaars. 't Was een BYOF-feest: Bring your own food. We besloten de rollen te verdelen: een paar mensen zouden voor hartig gaan en een paar voor dessert, 't was een prachtig georganiseerd gedoe. Zo prachtig dat er wel iets moest misgaan. Jennifer, onze tijdelijke kotgenote uit Londen -moet ik nog verder vertellen? Londen, dus Brits, dus kookkunst op een laag pitje. Eerlijk gezegd ben ik zelf ook geen keukenprinses en zij en ik sloegen  dus de handen in elkaar. Het zou rijstpap worden voor één van ons, en zalmrolletjes voor de andere. Perfect plan. In de supermarkt ontdekten we naast koekjes (het was tenslotte 16u: tijd voor tea and biscuits) kant-en-klare rijstpap: op het vuur, melk toevoegen en roeren. Simpel. Maar karma's a bitch. Echt. Eén van onze andere kotgenotes had de pot niet goed had afgewassen en dat hadden we niet helemaal gezien. Een of andere vieze smurrie mengde zich dus met onze rijstpap. Karma deelde ons een uppercut uit, omdat we het een beetje makkelijker maakten. Jennifer is naar de supermarkt gerend om rijst, melk en suiker te kopen, we maakten een échte rijstpap -om beurt roeren en proeven- en hell yeah, we versloegen karma: onze rijstpap bleek een topper op het feestje. Net zoals mijn zalmrolletjes, met dank aan mama's tips.

Een ander feest -o ironie, waar was je al die tijd- was het examen Expression française. Een kwartier vertraging, grammatica-oefeningen en een filosofisch essay van 250 woorden: geen ideale combinatie. Toutes les vérites sont-elles bonnes à raconter? Nee, denk ik, maar misschien ook weer wel, of misschien maar een beetje. Enfin, ik heb wat uit mijn pen geschud -uiteraard niet genoeg, 'k had 45 minuten over voor het essay- en kreeg er nog een 12,5 voor. Blij zijn met wat je krijgt, heet dat dan. Nog minder blij ben ik met het examenrooster. Een slecht rooster is het niet, maar het zijn examens. Voor de geïnteresseerden geef ik even een overzicht (kaarsen, gebeden, mantra's en positieve energie: alles is welkom op de volgende momenten).
  • 5 januari, 8u00: Civilisation & Vie économique et politique allemande (mondeling)
  • 6 januari, 9u00: Traduction générale Allemand - Français
  • 6 januari, 14u30: Langue pratique & thème Allemand (= vertaling Frans - Duits)
  • 7 januari, 8u00: Littératures germanophones
  • 10 januari, 14u30: Allemand commercial
  • 11 januari, 8u00: Français pour traducteurs
Maar... Voor het zover is, mag ik eerst naar huis. Eindelijk. Het is hier goed in Angers, het is hier leuk en mooi, maar het is ook genoeg. Ik mis mijn mama en papa, mijn broers en schoonzusjes, mijn kleine grote petekindje, haar minizusje -wat is ze ongelooflijk schattig!-, mijn Lessiusmaatjes, de Perusica-gekkerds, mijn beste vriendin, mijn liefje. Liefje zie ik vrijdag al, van vrijdagavond tot en met maandagavond zijn we samen in Parijs. Na drie en een halve maand mag dat wel. 

Lieverds, ik heb jullie verdorie gemist.

dinsdag 30 november 2010

Le manteau

La sonnette me cingla les oreilles. Le son me faisait penser à des cris qui se réverbèrent dans des montagnes lointaines, portés par le vent glacial de mes pensées.
qui sème le vent récolte la tempête.
Mes talons trop hauts se baladaient en écho à travers le petit espace. Il attendait patiemment derrière le comptoir tout en suivant mon pas du regard. Je lui donnai mon manteau dans la plénitude de sa beauté perdue. Gênée par la nature des taches sur mon bout de chaleur favori, je lui demandais doucement si elles s’effaceraient encore. Ce manteau faisait partie d’une longue   histoire d’amour, coup de foudre violet, chaleur bouclée, mémoires d’une balade hivernale à la mer. Il le savait et me répondit sans doute. Pendant les silences presqu’éternels entre ma question, l’histoire inexprimée et sa réponse, il m’examina de la tête aux pieds.

Je lui donnais la somme en murmurant un merci et bonne journée. Il me fixait toujours de son regard étrangement doux.

Si nous croyons entendre quelque chose, ce ne sera que l'écho de notre pensée.   [Paul Bert]
Je sortais lorsqu’il m’a appelée. Echo assourdissant des pas. Eh m’demoiselle ? Que j’avais l’air triste. Et comment se faisait-il qu’il ne m’ait jamais vue avant. Je lui répondis je me cache. Son regard hésita un moment entre doux et stupéfait. Et vint le grand pourquoi, à la fois cru et aimable.

Parce que l’automne et l’hiver n’ont pu s’aimer
, lui répondis-je. La sonnette ne tinta même pas quand je tirai la porte derrière moi.

maandag 15 november 2010

Mama, papa en het kleine meisje

Eindelijk, eindelijk maak ik er werk van. Ik had het al vroeger kunnen  / moeten doen, maar om een of andere reden bleef mijn blog wat liggen. (Of ergens in het vacuüm zweven, ik weet niet welk werkwoord er past bij het internet. Iets met nulletjes en eentjes.) Pas op, ik heb verschillende uitvluchten hoor: te veel werk (denk aan een Franse dissertatie over 'de werktalen van de Europese Unie' of aan een uitvoerige bespreking van Kafka's 'Vor dem Gesetz' en u begrijpt het helemaal), te veel slapeloze nachten ergo een immens slaaptekort wat resulteerde in een redelijk brakke periode. Gelukkig was de halve huisapotheek meegereisd en ben ik er weer helemaal bovenop -ik heb zelfs alweer honger.

Maar bon, uitvluchten allemaal goed en wel, waar blijft het echte werk? Geduld.

Mama, papa en het kleine meisje, daar gaat het hier over. In het verlengde weekend rond 1 november maakten mama en papa hun kleine meisje weer wat blijer met een bezoek aan Angers en omstreken. De weergoden waren ons enorm goed gezind en daar profiteerden we maximaal van.

29 oktober, aankomst.
Na -uiteraard- wat gezeur van de kotmadam konden we eindelijk in de kleine keuken genieten van een warme tas geluk en van elkaar. Eindelijk, ja. Ik heb mijn ouders gemist, verdomme. En nog altijd, om eerlijk te zijn. We wisselden wat nieuwtjes uit, van onbenullige weetjes tot levensbeschouwelijke overpeinzingen en besloten om de avond niet te lang te rekken. Er zou immers veel te ontdekken zijn in de komende dagen.

30 oktober, Angers
Hoewel Angers niet geweldig groot is, kan ik er perfect verloren lopen. We spraken af aan het hotel waar mama & papa verbleven, en ik zou het wel vinden. Goedgehumeurd en met een tas vol lekkers trok ik op weg. Roodkapje achterna, als het ware, maar dan naar het hotel, en de boze wolf was de stad. Tot op 100m van het hotel ging alles perfect, maar dan sloeg het noodlot toe: "welk huisnummer was het ook alweer?" Bleek dat ik gezellig de foute richting opging. Enfin, we vonden elkaar best snel en lachten allemaal eens over dat typisch-Ann missertje.

Voor een kleine metropool is er ongelooflijk veel te zien in Angers. Zo zijn er 2 verschillende markten op zaterdagochtend; één vlak bij het station en ééntje in het stadscentrum. We besloten dat één wel zou volstaan en kozen resoluut voor de grootste, en dat zullen onze benen geweten hebben. Na een meer dan verdiende en deugddoende middagpauze verkenden we de stad weer wat meer. Tot mijn grote schande moet ik bekennen dat ik Angers nog steeds niet op mijn duimpje ken, en zo kwamen we af en toe ergens anders uit dan waar ik vermoedde. Spannend en vernieuwend, dat wel. Winkelstraten, de andere oever (tiens, daar staat een Kermis!), een parkje, een oude brug en iets minder oude brug, alweer winkelstraten en het Einde van de Wereld. Echt. La Promenade du Bout du Monde, zo heet het weggetje naast het prachtige kasteel van Angers. Fenomenaal zicht over de andere kant van de stad! De dag werd met een glaasje wijn in schoonheid afgesloten, voor even leefde God terug in Frankrijk. Zijn buitenverblijfje.

31 oktober, Saumur
Ja, ik weet het. Ik was er al 2 keer geweest. Maar als je Angers komt bezoeken, moet je Saumur ook eens bekijken, dat is mijn bescheiden mening. Veel overtuigingskracht had ik alleszins niet nodig; zowat elk voorstel was goed, zolang het maar mama, papa en mij inhield. Op weg dan! Boven het hart van de stad ligt een soort gehuchtje, piepklein maar onwaarschijnlijk schattig. Een kerk -16e eeuws, dacht ik-, een bakker, de post, een paar huizen en een parking. C'est tout. Het kerkje was wel heel erg mooi en het omliggende tuintje haast sprookjesachtig (dus toch Roodkapje). Bijzondere eigenschap van Saint-Hilaire-Saint-Florent (wie bedenkt het toch...) is de directe toegang tot de Loire. Je kan de rivier rustig opwandelen, in de buurt van Saumur is ze op haar breedst en ondiepst. Erg leuk, schelpjes verzamelen in het midden van de Loire.  Ik hield er, uiteraard, natte voeten aan over. Na een zoete picknick in het zonnetje daalden we af, richting stad. We maakten een ommetje langs de prachtige plantentuin en de fantastische speeltuin en waren nog maar eens verbaasd over het fenomenale uitzicht... Met het weer als toen kon je de naburige steden zien liggen, en nog veel meer dan dat. Ook het kasteel kreeg nog een bezoekje  en ook hier bleven we even genieten van het zicht... De Loire in al haar gloire
Saumur is een leuk stadje, een gesloten stadje, dat wel, 't was tenslotte zondag. Voor we  -na een prachtige zonsondergang- terugkeerden naar Angers lieten we ons nog rondleiden in de kelders van Veuve Amiot (ja, daar was ik ook al geweest met Stefan en Karen, maar hé, zo'n tweede degustatie kan je toch niet afslaan?). Op de terugweg werden we vergezeld door de Kleine Beer die toekeek hoe de Loire naar de zee stroomde. Naar de sterren staren en eens knipogen, glimlachen over zoveel moois en je een klein beetje bijzonder voelen. Heerlijk.

1 november, Lac-de-Maine & Nantes
Wat heerlijk. Wat onwaarschijnlijk, ongelooflijk heerlijk. Op 1 november, per definitie één van de mistigste en mistroostigste dagen van het jaar, zaten wij aan de rand van het meer 'in ons pulleke' van de zon te genieten en de prachtige herfstkleuren rondom ons te bewonderen. Ons zoveel af te vragen over de maretak boven onze hoofden, fluisterend te wijzen naar de reigers, te giechelen over de konijntjes en ons te verbazen over de schoonheid van dat alles. Eens leunen tegen papa z'n schouder (en dan merken dat hij stiekem een beetje glimlacht), een kus op mama haar wang drukken (en dan tevergeefs hopen dat we niet  allebei beginnen te snotteren), een mens wordt verdorie helemaal sentimenteel van zoveel moois. Echt. De tijd was er blijven stilstaan om onder de maretak te kussen.

Ook Nantes heeft heel wat moois te bieden. We kuierden door het heerlijk grote park en vonden dat het tijd was voor een stukje zelfgemaakte (dankjewel papa!) appelcake. Enigszins jaloerse wandelaars wierpen ons vreemde blikken toe, maar daar trokken we ons niets van aan. Onze appelcake, onze bank en de Franse zon. Soms heb je echt niet veel nodig om gelukkig te zijn. Na het opkikkertje waren we weer helemaal fit om de andere kant van Nantes te ontdekken. Een erg bizar nieuw gebouw (een conferentie-kantoor-belangrijkemensengebouw) ontsierde de oude stadskern een beetje, maar dat mocht de pret niet drukken. We doorkruisten zowat de hele stad, van het bruisende middelpunt -het station, het prachtige kasteel, de grote tuin- tot aan de rustige haven en dronken een koffie bij een barman die zijn waren blijkbaar uitvoerig proefde.

De avond reserveerden we voor een winkeltocht: mijn persoonlijke koelkastvak, diepvriesvak en mijn schap in de kast werden weer aardig bijgevuld. Want ja, ik doe hier flink mijn best. Leer koken, de ene dag gaat dat wat vlotter dan de andere. Maar... Ik trek mijn plan, en af en toe ook een blik open, maar dat terzijde.

2 november, vertrek
Zucht. Afscheid nemen is nooit echt mijn sterkste punt geweest. Ik hou er niet van. Na een  kort bezoek aan het naburige winkelcentrum -nog nooit eerder gezien- was het dan toch zover. Angers - Hove is tenslotte een flink eindje rijden. Een paar tranen, wat knuffeltjes en veel zwaaien later stond ik weer een klein beetje alleen op de stoep voor de deur. Een klein beetje triest, maar ongelooflijk content dat ik mijn mama en papa weer gezien had. Want uiteindelijk blijf ik toch dat kleine meisje, hoe groot de wereld soms ook is.

woensdag 27 oktober 2010

Het vuilnis keek in de spiegel en treurde om zijn bestaan.

Angers, ge stinkt. 
Ik durf het zonder schaamte in uw gezicht gooien, als een spiegel die uw vuilnis weerkaatst. Ik neem het u niet kwalijk, maar ik wil het wel kwijt. Uw stoepen zijn vuil, uw studenten vol lawaai en uw nachten vol vuur, al is dat niet uw schuld.

De stakingen bereikten de voorbije dagen een absurd hoogtepunt, compleet met onvoldoende werkende eerste-hulpverleners, terwijl die nodig waren. De stad stond even in brand, gelukkig waren de tankstations nog leeg. Stakende vuilnisophalers deden afvalbergen rijzen, en daarmee zijn maar 2 partijen gelukkig. Zij die na teveel goedkope alcohol stoer genoeg zijn om de straten oranje te kleuren en schaduwen op de muur te laten dansen en de keurig geklede man die nu 's avonds een hele maaltijd bij elkaar vindt. Ik zag hem laatst weer. Dansschoenen met gaten, bijna verdronken in een maatpak dat hem misschien ooit heeft gepast. Schaam u, stad. Of betoogt ge misschien voor hem? Ik heb u nog niet horen roepen dat hij geen pensioen krijgt, dat hij honger heeft, of dat hij niet kan lezen. Of dat hij misschien daarom honger heeft. Nee, wie wel kan lezen doet het liever niet om belangrijk te gaan zijn op straat. 

Open uw ogen, stad. Word wakker. Ik lig er wel wakker van, en ik hoor hier niet thuis, ik ga hier niet lang zijn en ge zult mij ook niet herinneren, maar ik u wel, de tijd van mijn leven, ge begrijpt me wel. Ik wil u herinneren als die mooie stad, een schone stad, waar een mens al eens wat luider spreken durft maar daarom nog niet moet roepen. Ik ben blij dat ze bijna moe zijn van het staken, dat er aan de tankstations weer rijen ongeduldige chauffeurs staan en dat de vuilniswagens ook een volle tank heeft.



Tijd voor een pauze, het woord vakantie roept herinneringen op aan een hele week zonder les, daar kan ik  helaas slechts van dromen, in tegenstelling tot mijn kotgenotes. Gelukkig komen mama en papa het leed verzachten het komende verlengd weekend. Jullie zijn meer dan welkom... Ik praat intussen nog even met de stad, zodat alles weer mooi wordt tegen dan.

dinsdag 19 oktober 2010

De nachten waarin het dag werd voor ik sliep en pingpong om middernacht.

Eindelijk... Eindelijk heerlijk geslapen, een roos in een blok beton was er niets tegen. Herboren, herbrond, hernieuwd, al wat je wil. 


Anders dan de voorbije dagen werd ik uitgeslapen wakker. De dagen waren fijn, de nachten minder. Opeens begon dan de dag, en sliep ik nog niet. En toen ik tóch sliep, was de dag al half voorbij voor ik wakker werd. Maar soit, 't zijn de dagen die tellen, en dan vooral de avonden.

Fastfood eten in een lokale fastfoodtent, genieten van een prachtige zonsondergang, opmaken, uitgaan. Gewoon maar iets gaan drinken met de thuisgebleven kotgenotes, gezellig, het Belgische politieke systeem uitgelegd, het (vergeten) generatiepact en daarna het pensioenstelsel. Gaat opvallend veel vlotter na een cocktail. We kwamen terug tegen middernacht, maakten ons nog een tas thee en besloten dan om te gaan pingpongen, met een ander drankje naast onze tassen. Het resulteerde in paranoia ("was dat licht binnen daarstraks al aan?!") en veel plezier, al hielden we het heel deftig en, hoe tegenstrijdig dat ook klinkt, bijzonder nuchter. Omdat pingpong toch wat te lichtvoetig bleek, gaven we na de persconferentie van de winnares nog onze mening over religie en al dan niet nuttig zijn van een spirituele houvast. Theefilosofie, als het ware. Amen.

Zelfs gisterenavond, na Alexia's crêpes en galettes (ik bespaar u de discussie over het verschil) en na consumptie van enige pingongcider ging het weer de serieuze richting uit. We zaten met zes in de kleine keuken die daar eigenlijk te klein voor was, en lachten en praatten en zuchtten over de liefde en al wat er bij komt kijken, de toekomst en de zin van het huwelijk. Later gingen we via stakingen, bezetting van de scholen en opnieuw die toekomst over op talenkennis en sloten we een aangenaam pact. Iedere woensdag zal Engelsdag worden, en wie zich er niet aan houdt, maakt een speciaal dessertje klaar voor iedereen. Benieuwd wie er zich het eerst waagt aan chocoladecake.

Terwijl ik dit bericht schrijf, toeteren auto's me uit mijn concentratie, proberen sirenes nog luider te gillen en schreeuwt een (minder intelligente) kerel grotendeels onverstaanbare leuzen door een megafoon. Ongetwijfeld is hij de zoveelste die wat sympathie bij het volk wil winnen door op vuilbakken te gaan staan en overal tegen te zijn. Ik begrijp de pensioendiscussie zelfs niet meer. Intussen escaleert het maar, worden de jongeren opgeroepen om zich te laten horen, zodat ik 's ochtends nog meer moeite heb om heelhuids voorbij die horde (pretentieuze, durf ik met een gerust hart zeggen) Lycéens te geraken. Sarko geeft geen duimbreed toe, jongens, maak je geen illusies. Al trek je met honderdduizenden bijna dagelijks door de straten, al leg je het verkeer lam, stuur je alles in de war tot in elke uithoek van Frankrijk, elk godvergeten gat, hij roept altijd luider, en zelfs zonder megafoon.



donderdag 14 oktober 2010

De Maine, de Loire en Stefan en Karen.

3.10.10

heimwee werd vandaag niet toegelaten. Dat zou nog wel komen, wees gerust.
En of de heimwee kwam. Na een heerlijk weekend, weliswaar :)
Na enige onzekerheid over het bezoek, vonden Stefan & Karen zich fit genoeg om enkele uren in de auto te kruipen, een nachtje op een luchtmatras in mijn kamer te komen liggen en ook wat Franse cultuur op te snuiven. Ik zeg dan: respect en vooral JIEHAAAA :)

De reizigers kwamen aan met enigszins stijve benen en heel veel zin in een ontdekking van Angers, maar aangezien mijn kennis niet verder reikt dan het kasteel en Rue Bressigny (ja, dat is die straat waar iedereen dronken doorwaggelt) dook ik in de archieven op zoek naar een stadsplan. Was zodanig content mijn broer & schoonzusje te zien, dat ik m'n fototoestel vergat mee te nemen. Maar niet getreurd, woorden zeggen meer dan honderd beelden (of... nee, laat maar). Het bleek echter leuker om zelf te ontdekken waar we heengingen, en dan op het kaartje te kijken waar we beland waren. Om heel eerlijk te zijn, heb ik geen idee meer wat we allemaal gezien hebben, er was teveel te vertellen onderweg. De Kathedraal van Angers zal ik niet snel vergeten en net als alle andere toeristen vergaapten we ons een beetje aan de schoonheid ervan, binnen en op een afstandje. Al kwelt die ene vraag me nog steeds: wat stond er in godsnaam aan de zijkant van die kathedraal? Waar is dat andere stuk naartoe? Vermoedelijk ging het geschiedkundige antwoord verloren tussen de regels van de informatiebrochure.

Als een volleerde reisgids -maar dan zonder paraplu of bloem op een stokje- toonde ik de mooiste en oudste brug van Angers, maar verder reikte mijn kennis helaas niet. We genoten samen wat van het zonnetje (dat leest u goed) en keken vanop de rechteroever naar de linkeroever. Logisch, zegt u? Misschien wel. Maar om te begrijpen dat Rue Volney op de linkse oever van de Maine (en niet van de Seine, haha) ligt, had ik toch enige minuten nodig, iets met water dat naar zee stroomt. Enfin. We bespraken het leven en de liefde en bedachten nieuwe functies voor boten wiens zwaartepunt verdacht goed in het midden lag en besloten toen dat we ook wat verder wilden wandelen. Zo ontdekten we een bijzondere fontein, de Angévinse achterbuurten, een miniwinkel waar ze tot mijn grote vreugde koekjes hadden en keerden we terug naar onze observatieplek in het zonnetje. Pas wanneer we bijna moegezeten waren, keerden we langs een andere weg naar huis -je wandelt tenslotte nooit waar je al geweest bent, tenzij met je ogen toe. Buiten een lichte aanvaring met de kotmadam -enige opwinding doet je taalvaardigheid aanzienlijk toenemen- beleefden we tot dan toe niets echt spannends. Aangenaam wel, maar spannend, nee. Dat zou wel veranderen!

Jaja lieve lezer, wat u nu te zien krijgt is het spannende verslag van het bezoek aan de reus. De  Casino Géant. Ok... Misschien niet zó spannend. Géant is gewoon een winkel. Maar hij is groot, en dus spannend. Voorraad voor een hele tijd ingeslagen, een enigszins bizarre oudere dame geholpen en ons afgevraagd met welke substantie ze de groenten besproeien. Water dus. De avond ging sneller voorbij dan in eender welk cliché... Verhalen over het Franse leventje vertellen, met z'n allen babbelen met het vriendje (sorry lieverd, het was nogal... verwarrend, ik geef het toe),  plannen maken voor zondag, op een veilige manier naar bed geraken. Met een Kriekje (dat veel naar Perusica smaakte) in m'n hoofd & benen lukte dat iets minder vlot.


Zondag - rustdag was niet echt echt van toepassing. We wilden het kasteel van Brissac bezoeken, maar omdat zowel de buitenkant als de toegangsprijs ons niet echt bevielen, besloten we in de omgeving te gaan wandelen. Ook de moeite waard: we kruisten eekhoorns (en vroegen ons af hoe dat in het Frans zou heten, 'un écureuil', zei het woordenboek), een sympathieke rijke stinkerd met een wijngaard en veel auto's en een man die weg wilde weten. Désolée. Brissac-Quincé ziet er veelbelovend uit, met een grote parking in het midden van het dorp, maar om eerlijk te zijn... Dat is dan ook alles. We waren dus snel uitgekeken op de parking, de -letterlijk- scheve kerk en het mooie gemeentehuisje. Op naar Saumur dan! Natuurlijk waren de officiële feesten daar voorbij, maar met Stefan en Karen is het altijd een beetje feest. Picknicken aan de oever van de Loire, (toeristen)foto's, sightseeing, wandelingetjes in de stad en rond het kasteel, alles erop en eraan. En gezellig, bovendien. Gewoon gezellig. De GPS vertelde ons dat er een wijnkelder in de buurt was, en dat konden we moeilijk negeren. Na een korte rondleiding in de grotkelders van 'Maison Veuve Amiot' (best interessant: op heel korte tijd zagen we hoe het huis de 'basiswijn' omvormt tot crémant) en -uiteraard- een aangename degustatie vroegen we de GPS opnieuw om raad. Deze keer stuurde hij ons naar de geweldige en fantastische Dolmen. JA HOOR. Echt geweldig en fantastisch. Heel het dorpje Bagneux staat vol verwijzingen naar die dolmen: Rue du Dolmen, brasserie Le Dolmen, pijlen, bordjes om aan te tonen welke waarde dat ding niet heeft. Volgens ons? Geen. Maar echt. Wat een teleurstelling. Die dolmen zit verstopt achter een hek (gelukkig konden we er heel stiekem over kijken en een foto maken). Een nieuwe wandeling bracht ons bij een parkje, waar we alweer een teleurstelling moesten verwerken: de speeltuin bleek gesloten. De teleurstelling verdween als sneeuw onder de Franse zon toen we de kastanjeboom ontdekten. Herinneringen aan garages vol kastanjes of een Leuvense stoof die snorde, klaar om kastanjes te poffen toverden weer een glimlach om onze mond.
Al was de vreugde niet van lange duur. Want op zondagavond vertrokken Stefan en Karen weer naar huis, het werk neemt helaas geen vakantie. En hoewel het weekend onwaarschijnlijk heerlijk was, zag de wereld er maandagochtend iets minder mooi uit. 

De voorbije week heb ik het even heel moeilijk gehad, met behoorlijk wat tranen en Skype-telefoontjes naar huis. Maar het gaat weer helemaal beter, nu ook een paar opdrachten /administratieve rommeltjes die wat stress bezorgden voorbij zijn. Mama aan telefoon, verjaardagskaartjes in de post, een knuffel van een kotgenote, een babbeltje met het liefje, die kleine dingetjes hebben me er weer bovenop geholpen. Al bij al is het leven hier in Frankrijk best wel fijn :)

vrijdag 8 oktober 2010

Sprookjeskastelen, koude straten en een drijvende engel

25.09.10
Omdat ik mezelf niet vertrouw met een plan in de hand, wandel ik op een ijskoude zaterdagochtend langs de pijlen die naar het station wijzen. Koud, ja. Ik kom in straten waarvan de namen doen vermoeden dat ze vroeger belangrijker waren. Helden, dichters, politici; ieder van hen draait zich om in z'n graf bij het zien van 'hun' straat. Herenhuizen verworden tot armtierige gapende overgrootvaderhuizen waar zelfs geen student meer wil wonen, de mussen kunnen er maar blij mee zijn. Prachtig vervallen woningen, klimop bedekt de gaten. Het zicht is niet vrolijk, en toch hééft het iets, iets lelijks. Een mens z'n gedachten gaan wild tekeer bij het zien van zoveel stenen poëzie, maar de tijd lacht niet met zo'n overpeinzingen. Verder moet ik.

Onderweg naar het station bots ik op de markt en de omliggende cafeetjes, die me verleidelijk  aankijken en willen binnenlokken: snel een koffie? Nee -opnieuw die tijd die me deed verdergaan. Verdere spannende avonturen: 1 cheeseburger ontmoet, hij lachte me rebels toe van op de vuilnisbak. Onze Engelse vriendinnetjes moesten het weten. Tijd pretendeert vaak rekbaar te zijn, en ook die dag bleek hij zo'n zoete karamelstroop waarin je dreigt te verdrinken. Ja, u begrijpt het goed, ik was te vroeg. Ik gun u even wat tijd om uw adem terug te vinden.






Gare Angers Saint-Laud, weer zo'n mooi verschijnsel van moderne architectuur midden in een oude stad. Mooi, functioneel, toegankelijk, licht. Wat wil een mens nog meer? Communicatie, misschien. Groepjes rokende medemensen troepen samen, op zoek naar wat warmte in de kille ochtenduren zonder zon. Anderen zoeken hun heil in koffie en croissants, dicht bij de knappe verschijning achter de toog en discussiëren over alles wat niet belangrijk is. Studenten troepen samen, wat lacherig, benieuwd naar wat hen te wachten staat, spreken alle talen, betalen, wijzen, glimlachen. We zijn er klaar voor. Een vaag niet-nader-te-benoemen instinct vraagt me om de rij te sluiten en nóg maar eens te tellen. Nog maar de derde keer vandaag. En we zijn nog niet vertrokken. De trein kwam met wet heerlijk Belgische vertraging aan, maar heimwee werd vandaag niet toegelaten. Dat zou nog wel komen, wees gerust.

Op naar Saumur*: stad aan de prachtige Loire (die daar ergens op haar breedste punt is), stad met een kasteel, stad met winkelstraten. En een stad waar 13 meisjes naartoe waren. Met de belofte dat we toch éven zouden gaan shoppen na het kasteelbezoek, vatten we de klim naar boven aan. Onderweg kennis gemaakt met vriendelijke Hongaarse Barbiepopjes en een stoere Duitse metalhead; een bont allegaartje op weg naar wat cultuur. 't Bleek cultuur met een feestelijk sfeertje te zijn vandaag: een gerestaureerde brug werd heropend, en dat ging gepaard met het nodige ceremonieel. We maakten van -voor sommigen iets té- dichtbij kennis met de beul, sloegen praatjes met Noormannen en vergaapten ons aan de vuurspuwende jongemannen. Een leuke verrassing dus. Na wat obligate toeristenfoto's vanop het panoramapunt (akkoord, het zijn ook mooie uitzichten) trokken we terug de stad in. De groep viel een beetje uit mekaar (help! hoe kon ik nu nog tellen?!) in een shop- en een nieuwsgierig deel. Op zoek naar mooie plekjes in de stad kwamen we aan de Notre Dame de Nantilly, een kerk waarvan de naam mooier klinkt dan het gebouw is. Jammer. Enigszins teleurstellend, maar het pleintje vóór de kerk bleek wel erg gezellig. Eens de teleurstelling verwerkt was (duurde zeker een hele minuut) trokken we verder, richting Jardin des Plantes. Het kind in ons kwam weer even boven op de speeltuin, maar hier en daar was er ook een stiekeme zucht. De rest van het park was zo romantisch ingericht, dat we collectief onze mannen misten. Tja. Zo'n dingen gebeuren. We zochten wat troost bij elkaar en wat warmte in chocomelk en voelden ons weer helemaal top, klaar om de nacht in te duiken als we terug in Angers zouden aankomen. Onderweg naar 'huis' ontdekten we dat ons ticket een heel weekend geldig was en maakten we vage plannen om de volgende dag naar Nantes te reizen -met de belofte dat we later zouden vertrekken. Er zou namelijk wild gefeest worden, en niet iedereen zou op tijd uit bed geraken.


Tja. 'Niet iedereen' en 'op tijd' bleken wel héél erg onderschatte termen. Zondag, 11u30, van de 13 enthousiastelingen bleven er 5 over. Ach, maakt het weer wat makkelijker om te tellen :) Ook in het kasteel van koning Samson in Nantes* bleek het feest, al begrepen we niet helemaal waarom. We waren erg benieuwd naar de inrichting van het kasteel -in Saumur mochten we niet binnen omwille van verbouwingen, in Angers stelt het redelijk weinig voor- en bezochten dus de tentoonstelling binnen de muren. Opnieuw een lichte teleurstelling bij het buitengaan. Hoewel het interessant was, was het verre van wat we verwachtten. We wilden prinsessenkleren zien, of ridders op een schilderij, de lakens van de koning aanraken en op de koffie gaan bij de koningin, maar we kregen de geschiedenis van de haven op ons bord. Gelukkig was de zon gisteren niet uitgeweest en zag ze er beter uit dan in Saumur, dat stemde ons alweer iets tevredener. Na de kerkelijke teleurstelling van gisteren, hoopten we  op verbazing in Nantes. En verbazing kregen we. De kathedraal is echt prachtig: sober en toch uitbundig, enorm groot, enorm. De kermis op het aangrenzende plein zorgde voor een bijzondere atmosfeer: "Oh my god"* enigszins ironisch door een anders stille kerk horen galmen tovert bij sommigen een glimlach, bij anderen en grimas. Ik vond het leuk, 't is weer eens wat anders. Een beetje onder de indruk van zoveel grootsheid doorkruisten we de stad, op zoek naar niets en botsten op -alweer- een Jardin des Plantes. Ook deze was groter en grootser dan wat we in Saumur te zien kregen, compleet met kruidentuin, vijvers, volières en witte duiven. Prachtig. We werden opeens 60 jaar ouder, zetten ons op een bankje bij de vijver en bekeken de wereld. In een poging om onze uitstap nog wat meerwaarde te geven, probeerden we de conversaties in het Frans te houden, maar hoewel "n'importe quoi" mooier is dan "random" moet je toch toegeven dat "it's a vanilla-caramelpuddingduck" makkelijker bekt dan "ce canard ressemble à une crème à la vanille au caramel".

Terug thuis was het Skype-tijd, en maar goed ook. Want hoewel het hier écht wel fijn is, mis ik veel. Thuis, het liefje, mijn eigen bed. Gelukkig kwam 'thuis' even naar Frankrijk toen Stefan & Karen het weekend hier doorbrachten. Daarover meer in een volgende post :)


* als je op de woorden klikt, opent de site van het toerismebureau / een site waarop je het liedje kan horen :) En als je op de foto's klikt, kan je ze in groot formaat zien.

dinsdag 21 september 2010

Wikken en wegen, en af en toe een overschotje.

'Bloggen'. Ik moet daar eerlijk in zijn; zoals voor zoveel anderen is mijn Erasmus-blog mijn eerste ervaring met schrijven op het internet. Of wacht, ik ben niet helemaal eerlijk. Laat me even opnieuw beginnen.

Buiten die enkele keren dat ik in een vorig leven als puber gedichten vol diepe Weltschmerz en vage melancholie de wereld instuurde, is dit mijn eerste blog. Alle begin is moeilijker in het buitenland, ontdekte ik, kleine noob*, al gauw. Duizend vragen, en geen enkele  andere blog die mij een antwoord bood. Of tenminste, niets dat mij voldoening schonk. 

Schrijf je epistels? Korte stukjes? Elke dag, elke week, n'importe quand? Stuur je mailtjes tussendoor, om te zeggen hoe het echt gaat? Of moet alles wat je in blog schrijft misschien waar zijn...

Gisteren twijfelde ik nog over een bijzondere aankoop om me te helpen bij al deze beslissingen: als een volleerde huisvrouw manoeuvreerde ik mijn karretje tegen een aardig tempo door het grootwarenhuis. Viel mijn oog daar op een weegschaal. Handig, om woorden te wikken en te wegen. Maar dat zou zo'n gesleur worden met al die andere boodschappen erbij... Dus nee. Laat maar. 

Al bij al denk ik dat ik een leuk ritme heb gevonden. Misschien niet het juiste (ik heb het nogal voor de bourrée, maar misschien past een gigue beter), maar het is er een. En als ik op een dag toch zodanig veel bedenk, heb ik wat over voor een inspiratieloos moment. Om de tijd doden, al loopt die vaak te snel om hem te raken.


*noob [noep], >Eng. newbie [njoewbie], nieuweling, groentje; veelgebruikte term op internetfora

zaterdag 18 september 2010

De eerste week les, confetti en vrouwen zonder gevoelens


Ik ben niet zo’n clichéliefhebber, daar moet ik eerlijk in zijn. Maar de voorbije dagen kan ik maar op één manier samenvatten… Tempus fugit. Gisteren kwam ik aan in een onbekende stad, vandaag woon ik er, leer ik er, leef ik er. Het grote erasmusavontuur is pas twee weken aan de gang, maar het lijkt een eeuwigheid. En eeuwigheden hebben twee gezichten:  terwijl het ene uitnodigend naar je lacht, bliksemt het andere je een eind alleen weg in de grote wereld. Al bij al lijkt de grote wereld in Angers niet zo vreselijk te zijn. Of misschien ben ik al zo groot dat ik aan de wereld gewend raakte. Nee, laat maar, dat zal het niet zijn.

De eerste week les* was, ondanks een redelijk ontspannen sfeer, geen lachertje. Erg veel les heb ik nog niet gehad, maar wel intensieve lessen. Ik kan niet ontkennen dat mijn Frans best ok is en ook Duits lukt aardig, maar om die twee te combineren is een goede concentratie echt wel nodig. Eerlijk gezegd geniet ik er ook wel van, van de inspanning. Zo weet ik weer waarom ik hier zit -heel af en toe moet ik mezelf opnieuw overtuigen. Zoals het een voorbeeldige leerling betaamt, heb ik me zelfs al bezig gehouden met het bijwerken,  'gatjes maken in' (wat een kamer vol confetti oplevert als je perforator decomposeert, net als je gestofzuigd hebt. Echt leuk.) en ordenen van mijn nota's. Help, ik ga de goede kant op!

Gelukkig spijs ik mijn hersenen af en toe ook met toogfilosofie, zodat ze voldoende afwisseling krijgen. Die toogfilosofie is echt een bijzonder en internationaal fenomeen, dat vooral op dinsdagavond (mardi café) in de studentenbuurt wordt verkondigd. Overdag is de Rue Bressigny redelijk kalm, een doodgewone straat met wat exotische restaurants, 's avonds palmen de terrasjes van die restaurants de halve straat in en 's nachts kan je niet meer door van het internationale volk. Alle talen, alle graden van dronkenschap (ik ben zelfs al een nuchtere student tegengekomen!), alle mogelijke en onmogelijke outfits. Het is een heel grappige en ergens zelfs ontroerende verbroedering, als je Franse studenten Engels hoort brabbelen, of Engelse studenten Frans.

De voorbije week zorgde trouwens ook voor heel wat verrassingen. Een cadeautje van mijn vriend, een vak dat plots niet meer gegeven wordt (en dan opeens wél nog blijkt te bestaan), Monsieur Virgule en Franse vrouwen zonder gevoelens. Je vous jure. Zakelijke correspondenten spreek je hier gezellig aan met 'Monsieur,' en vrouwen ondertekenen hun brief niet met "veuillez agréer, monsieur, l'expression de mes sentiments distingués", waaruit de docente besloot dat Franse vrouwen geen gevoelens mogen hebben. Sms EXIT FRANSE BRIEVEN naar 49000 als jij ook tegen deze discriminatie bent. 

De allergrootste verrassing kwam toch vanuit het kleine Belgenlandje... Op 13 september, in het holst van de nacht werd Charlotte geboren, het kleine zusje van Cathérine. (Voor wie even niet helemaal mee is: Cathérine is het schattigste metekindje ter wereld, het oudste dochtertje van Bert & Anne) Ze ziet er enorm schattig uit... Haar fotootje kreeg al een plaatsje op m'n thuis-kast, dicht bij de foto van haar grote zus.

Ik kan eventjes helemaal niet meer wachten om naar huis te gaan! 



* voor de Skypers/chatters/... onder ons: mijn -voorlopig- lesrooster. De uren voor en na de les ben ik meestal wel thuis, als ik niet straalbezopen aan de toog hang. Wacht, nee, misschien overdrijf ik daar een beetje. Mijn vakken zijn heel erg Duits, ik weet het, maar de Fransen gaan ervan uit dat ze zodanig goed zijn in hun moedertaal, dat er geen vakken zijn als Franse grammatica of iets vergelijkbaars. Wij krijgen thuis Nederlandse grammatica tot het onze oren uitkomt... Maar de Fransen houden hardnekkig vast aan hun fouten (en dat zijn er heel wat)! Chauvinisme op alle vlakken, 't is niet voor niets een 'Franse uitvinding'.
  • Maandag
    • 8u00 - 12u45 Allemand: Littérature et lecture (enkel op 4/10)
    • 9u00- 11u15 Allemand: Civilisation (enkel op 11, 18, 25/10 en 8, 15, 22/11)
  • Dinsdag
    • 9u00 - 10u15 Allemand: communication écrite
    • 10u15-11u15 Traduction générale Allemand - Français
  • Woensdag
    • 8u00 - 10u15 Linguistique générale
    • 10u15 - 12u15 Français pour traducteurs
    • 13u30 - 15u00 Expression Française
    • 14u40 - 15u30 Allemand: communication orale
    • 15u30 - 16u45 Allemand: civilisation (enkel op 6, 27/10 & 3/11)
  • Donderdag
    • 9u00 - 10u15 Allemand: langue pratique & thème
  • Vrijdag
    • 9u00 - 11u15 Allemand: Vie économique & politique (enkel op 8, 15, 22/10 & 5/11)
    • 11u15 - 12u15 Allemand commercial

maandag 13 september 2010

De wereld in mijn beker, een acrobatische dictator en melancholie op het grasveld.

Opnieuw bleek de nacht zwanger van het Zuiden. Wie niet betoverd werd, moest uit steen gehouwen zijn. (En wie niet door de kunst betoverd geraakte, vond alcohol vaak al magisch genoeg... Helaas.) 

De avond was broeierig warm, de zinnen gretig op zoek naar verzet, de massa enthousiast. Wat ik zaterdagavond te zien kreeg, was opnieuw acrobatie van een letterlijk en figuurlijk hoog niveau, Cirque du Soleil in het klein, op straat. 3 acteurs starten hun voorstelling tergend traag, in een beklemmende, bij momenten gênante stilte, tot ze elk hun eigen karakter vinden. Een korte romance, verstoord door de tirannie van grootheidswaanzin: de geliefden onderworpen aan de grillen van een acrobatische dictator met nazi-trekjes. Beklijvend door de kunst van hun lichamen, beangstigend door de terreur van een oorlogszieke gek. We besloten de waanzin niet helemaal mee te beleven en keerden terug naar het feestende stadscentrum. Waar naartoe werd opnieuw door de meute besloten, maar ook nu had ze gelijk. Eén van de grootste boulevards rond de stad zag rood en wit van het volk, de dresscode van de massa. Niemand begreep goed waarom er op dit uur een gigantische truck werd doorgelaten, al gingen hier en daar stemmen op: zou het? Zijn ze het? Wanneer de truck halt hield, was het hek van de dam, emoties vloeiden over de stad, recht de rivier in. Een enorme hoeveelheid creaturen sprong uit de oplegger en vormde een bijzondere parade doorheen de stad: een ark zonder Noach, een ritueel zonder priesters, een hele wereld apart.

Bijzonder onder de indruk van die glimp op dat parallel universum trokken we stadsinwaarts, om nog even te genieten van de drukte en de muziek die als gigantische slingers over de stad werd getrokken. Op het wereldmarktje kocht ik mezelf een beetje geluk in een beker hete Marokkaanse thee. Hoewel we die avond niet enorm veel bezochten, had ik de indruk dat ik de wereld niet meer moest ontdekken, maar dat die naar Angers was gekomen.

Boven onze hoofden wierpen de goden goedkeurende blikken op Angers en knikten elkaar toe. Ja. Dat hadden ze daar beneden mooi klaargespeeld.

Omdat we de feesten ook 'ns overdag wilden meemaken, vertrokken we zondag al om 13u naar Les accroche-coeurs. De sfeer die er heerste verschilde niet alleen letterlijk dag en nacht van wat we de voorbije avonden zagen. Gezellig, dat is de beste omschrijving. Een reusachtige picknick, een gezamenlijke siësta en stralend weer zorgden voor heel wat uitgelaten -vaak ook uitgeputte- Angévins. Maar ook zondag werd er nog getoverd, en hoe. Flamencodansers op stelten -het klinkt gekker dan het is-, dansers zonder muziek en beelden met een ziel, we ontmoetten het allemaal. God wist verdorie goed wat hij in Frankrijk ging zoeken. Om de dag rustig af te sluiten, zetten we ons in de buurt van een prachtig optreden. Een piano, 5 stemmen een een set jeu de boules bleek genoeg om ons weer helemaal op te laden. Liedjes uit een ver en een minder ver verleden namen het publiek mee naar mooiere tijden, Emmenez-moi of On dirait le sud voerden ons mee naar lavendeldromen en zeezichten.

Helaas is ook de tijd van werken aangebroken... Morgen beginnen de lessen -ja hoor, même au pays des merveilles, il faut que l'on travaille. Ongelooflijk benieuwd of mijn zelfgepuzzeld rooster klopt... Croiser les doigts!

zaterdag 11 september 2010

Van rook in mijn hoofd, sterren in de lucht en kabouters op een kathedraal.

Wat een avond!

Mijn eerste avondje uit in Angers, een letterlijke knaller. Gedurende het hele weekend (en ja, in Frankrijk heet vrijdagavond ook weekend) bouwen les Angévins een feestje: Les accroche-coeurs . Een volledige omschrijving verzinnen is redelijk onmogelijk, ik houd het op een combinatie van installaties en performances, zoals dat in het artistieke wereldje heet. En omdat er heel wat gaten in de budgetten van verenigingen zijn geslagen, zijn er ook drank-en eetkraampjes opgesteld met ongeveer alles wat je je kan inbeelden.

Zonder vaste plannen, met enige argwaan over de installaties en performances maar met veel zin in een feestje, trokken we met z'n vieren het stadscentrum in. Zeggen dat we aangenaam verrast werden, zou het understatement van de eeuw zijn. Van onze sokken geblazen, quoi. Melissa, een Engelse medestudente dacht dat er 'aan die kerk' wel iets te doen was (nu moet je weten, Angers is zowat vergeven van de kerken... Gelukkig deden we met 'ze bedoelt vast de kathedraal' een goede gok). En óf er wat te doen was. De straten rondom de kathedraal werden niet verlicht, maar vergeluid. Van overal klonken de vreemdste geluiden: van zingende vogels over oerwoudgeluiden tot simpelweg lawaai. Zodra we dan aan de kathedraal aankwamen, begrepen we de volkstoeloop. Een slordige 75m boven onze hoofden wandelde, kroop en danste een man zich een sierlijke weg over de façade van de kathedraal. Een prachtig zicht, mental, volgens Melissa. We vermoedden dat de man z'n neusgaten gevuld waren met een hoeveelheid poeder waar Maradonna slechts van kan dromen, maar bij nader inzicht moet hij vooral een enorme zelfbeheersing gehad hebben. De prachtige verlichting en bijzondere muziek maakten van het adembenemende zicht een levend sprookje, wat een voorstelling.

Gelukkig besloot de man om toch naar beneden te klauteren, en met een stijve nek en flink wat dorst, zetten we onze ontdekkingstocht verder. Nuja, werden we verdergezet, want zoals bekend houdt een massa geen rekening met eventuele meningen. Ditmaal ging de tocht in de richting van het iets mondainere Angers aan de overkant van de Maine. Opnieuw verwenning voor ogen en oren, door een pyrotechnische percussiegroep, als u verstaat wat ik bedoel. Rammstein zonder Till en zonder gitaren. Een fanfare zonder toeters, maar wel met bellen. Zoiets. Een vijftal mannen (misschien minder, maar ze klonken met meer) trok, gehuld in rook en vuurwerk, langs de oever. Hun tocht werd aangekondigd en afgesloten met meer vuur en eindigde op een podium, waar ze verbazingwekkend lang hun trommels, bellen en toverinstrumenten lieten zingen. Zij sloten voor ons de artistieke avond af met een bijzonder mooi vuurwerk, op en over de Maine.

Maar hé, ik ben student voor iets, en naar het schijnt moeten studenten af en toe wild gaan. Dus besloten we dat de avond nog jonger was dan wij, en trokken we naar de hippe studenten-uitgaansbuurt. Nog nooit zo'n vreemde volkstoeloop gezien. Een hele straat wordt ingepalmd door grotendeels dronken studenten uit alle hoeken van de wereld (zélfs uit Angers, maak dat mee) die zich zo mogelijk nog zatter drinken. Gelukkig is er nog een categorie cafés voor de 'ik wil wel eens wild gaan, maar nu ook niet té'-student. We doken dus de -vreemd genoeg- rustige Irish Pub binnen en praatten tussen cocktail en pint over taksen in Amerika, psychologische experimenten en wisselgeld.

Vanavond verkennen we opnieuw het bijzondere wereldje van de straatkunsten. Hopelijk wordt het opnieuw een nacht vol sterren...


maandag 6 september 2010

Grote stappen in een kleine stad.

Grote stappen? Letterlijk én figuurlijk.

Angers ligt op zo'n 650 km van Hove, daar kan je je misschien al wat bij voorstellen. Tot daar de letterlijke grote stap. Passons au sens figuré. De voorbije 72 uren heb ik enkele enorme stappen gezet. Gelukkig moest ik dat allemaal niet alleen doen en heb ik een lieve familie en een lieve vriend waar ik op kan rekenen. Waarheen wandel je dan, met die stappen? Ik wandel in de richting van groot worden. Hoera! 


Omdat alles nogal snel is verlopen en niet iedereen van bij het begin mee was met mijn -bij momenten verwarde- uitleg thuis, ga ik even terug naar juli. Examens achter de rug, een heerlijk gevoel van vrijheid en opluchting: het is voorbij en ik heb het goed gedaan. Tot dan de ontnuchtering kwam: bleek dat die examens helemaal niet zo goed waren als ik zelf dacht. Herexamens dan maar... Het heeft me aanvankelijk enorm veel moeite gekost om mezelf ervan te overtuigen dat die examens belangrijk waren, maar hoe verder ik in het studeerproces kwam, hoe duidelijker mijn doel: ik moest en zou op Erasmus vertrekken. De examenperiode was geen lachertje. Ik heb me erdoor gevochten, geblokt en geknokt, elk punt was een miljoen waard. Ook hier stond ik er niet alleen voor. De inzet werd beloond...  Om het lange verhaal kort te maken:  op woensdag 1 september legde ik het laatste examen af, vrijdag 3 september om 10u vertelde de studiebegeleider me dat ik mocht vertrekken (de rest van de dag -gevuld met les- was een gigantische dolle rit op de emotionele rollercoaster, dat kan je wel begrijpen), zaterdagochtend om 10u vertrokken mama, papa en ik met een bomvolle auto richting Angers.


Zonder kot, zonder informatie, zonder iets, quoi. Zaterdag en zondag op strooptocht voor een kot en kijk, hier zit ik nu: Rue Volney 9, op slechts 2 minuten wandelen van de UCO verwijderd. Ik heb ook geen zevenmijlslaarzen, af en toe mag het wat makkelijker!

De UCO, dat is de Université Catholique de l'Ouest, de school waar ik de komende maanden ga studeren. Je vindt er allerlei richtingen, van informatica tot geschiedenis en van talen tot psychologie. Helaas hebben de de departementen hier geen doorzichtige naam ('histoire' of 'langues'), maar houden Fransen nogal van afkortingen. Zo studeren Jessica en ik aan het IPLV (Institut Pour les Langues Vivantes) en het IALH (Institut pour les Arts, les Lettres et l'Histoire). Jessica komt ook van de Lessius Hogeschool, zij studeert Frans en Spaans. Zij volgde hier de voorbije week al ontelbare infosessies en contactavonden en bracht me vandaag al een beetje op de hoogte. De volgende dagen zal ik me hier stilaan ook inwerken, nu de lessen nog niet bezig zijn.

De komende dagen zullen -net als vandaag- gevuld zijn met formaliteiten: lesroosters samenstellen, uitzoeken waar ik precies heen moet, een studentenkaart aanvragen, formulieren van Lessius te pakken  krijgen,... Niet enkel binnen de school is er veel om te regelen, ook daarbuiten ligt het leventje hier niet stil. Op zoek naar een bank, een betaalbaar GSM-abonnement, de omgeving verkennen. Gelukkig laat het weer dat laatste toe: de voorbije dagen dook het kwik niet onder de 23°C... Heerlijk, toch?

Vandaag zal er van 'genieten van het zonnetje' echter niet veel in huis komen... Vanavond wordt une soirée e-mail, om alle docenten te contacteren, informatie over de Bachelorpaper bij mekaar te schrapen, formulieren aan te vragen,... Alles moet eraan geloven. Binnenkort word ik weer mens ;-) Als het zover is, zien jullie me weer verschijnen!


Tot dan! 


Ann